NA: Nederland’s Adelsboek, jrg.1 (1903), e.v., uitg.CBG.; > jaargang 81 (1990/1991),p.75,e.v.,t/m.94. DE CASEMBROOT, p.94. Literatuur. Genealogie: J. Gaillard, Bruges et le Franc ou leur magistrature et leur noblesse 4 (Brugge 1860) 378-388. / Levensberichten: (IV, V, VIII) in: A.J. van der Aa, Biographisch woordenboek der Nederlanden 3 (Haarlem z.j.) 216-219; (Xc) in N.N.B.W. 3 (Leiden 1914) 206-208; (IV, V, VIII, Xc, Xe) in N.N.B.W. 7 (Leiden 1927) 281-284; (VI, IXa, Xa, zn. van XIa) in N.N.B.W. 8 (Leiden 1930) 262-264. / Familiepapieren. ---. // p.77.: Inleiding. Bij K.B. d.d.15 april 1815, nr.17, werd Leonard de Casembroot (IXa) ingelijfd in de Nederlandse adel. Bij K.B. d.d.17 okt.1838, nr.94, werd Samuel Otto de Casembroot (IXb) erkend in de Nederlandse adel.
Bij K.B. d.d.28 dec.1881, nr.27, werd, met wijziging van het K.B. van 15 april 1815, nr.17, jonkheer F. de Casembroot (Xc) erkend in de Nederlandse adel (vervallen wegens niet lichten). Bij K.B. d.d.8 febr.1892, nr.38, werd F. de Casembroot (Xc) erkend en werd hem verleend de titel van baron.
Bij K.B. d.d.2 mei 1892, nr.24, werd t.a.v. F. baron de Casembroot (Xc) het K.B. van 8 febr.1892, nr.38, voorzover het de verlening van de titel baron betrof, ingetrokken.

Stamreeks.

I. Caspar Casembroot Ottozn (Gaspard Casebon),
geb. Fossano (Piemonte), vestigde zich omstr.1430 te Damme,
+ Brugge 24 sept.1453, tr. Brugge: Marie Reyphins, begr. Brugge (St.Donastiaan). //

II. Lenaert Casembroot,
geb. Brugge 3 maart 1451, raad 1480, schepen 1482, 1488 van Brugge,
+ ald.16 okt.1514,
tr. Brugge 10 aug.1484: Barbe Clémence van Nieuwkerke,
dr. van Clemens van Nieuwkerke en N.N. //

III. Mr. Lenaert Casembroot,
geb. Brugge 2 nov.1495, j.u.d., schepen 1542, 1544, 1545, 1547, 1549, 1552, 1556,
raad 1548, 1550, 1554, 1555, hoofdman 1551, burgemeester 1557 van Brugge,
+ ald.26 dec.1558, tr.1e 1526: Marie Reyvaert,
+ Brugge omstr.1530, dr. van Jacob Reyvaert en N.N.;
tr 2e Brugge: Godelieve Brest,
+ ald.8 aug.1570, dr. van Joos Brest en Marie van Hecke. //

Uit het tweede huwelijk (III. Mr. Lenaert Casembroot, x2. Godelieve Brest):

IV. Mr. Leonard Casembroot, student te Leuven 1558,
pensionaris van Brugge omstr.1560, burgemeester van Brugge,
lid Raad van Vlaanderen 1572-, raad in het Hof van Holland en Zeeland 1573-+,
ambassadeur Staten-Generaal 1573-1576, + ‘s-Gravenhage 7 maart 1604,
tr. Cornelia (van) Poppe, geb.1545, + (begr. ‘s-Gravenhage 17 nov.) 1635,
dr. van Vincent (van) Poppe en N.N. //

V. Samuel de Casembroot, heer van Ter Moer,
geb. ‘s-Gravenhage 22 dec.1582, officier inf. in Statendienst 1607-,
laatst. luitenant-kolonel 1628-1637, commandant van Sluis 1622,
schepen 1624 en burgemeester van ‘t Vrije van Sluis,
+ Sluis (begr. 27 maart) 1658,
tr.1e Anna Romeyns, geb.15 jan.1591, + Sluis 3 febr.1628,
dr. van Charles Romeyns en Anna de Boodt;
tr.2e Anna van Dueren. //

Uit het eerste huwelijk (V. Samuel de Casembroot, x1. Anna Romeyns):

VI. Johan de Casembroot,
heer van ter Moere en Rijnesteyn, en van Willige Langerak 1671-,
geb. Sluis 26 jan.1625, schepen van ‘t Vrije van Sluis 1644, 1658,
raad van Utrecht, gecommitteerde in de Generaliteitsrekenkamer,
+ Utrecht 5 jan.1681, tr. Utrecht 25 mei 1653:
Charlotte van Ledenberg, vrouwe van Willige Langerak 1684,
geb. Utrecht 22 april 1630, + ald. 19 maart 1700,
dr. van Johan Gilliszn van Ledenberg, heer van Willige Langerak,
en Johanna van Sypesteyn. //

VII. Leonard de Casembroot,
heer van Ter Moer, Rijnesteyn, Willige Langerak en Coquelmonde,
ged. (geref.) Utrecht 11 okt. 1660, raad, schepen 1711 van Utrecht,
gecommitteerde in de Raad van State 1714-, ontvanger der generaliteitsmiddelen,
ontvanger van de 20e en 40e penning in de provincie Utrecht,
+ Utrecht 29 maart 1719,
tr.1e (ondertr. Utrecht 31 jan.) 1692:
Cornelia Dorothea Ruysch, vrouwe van Wayestein, ged. Utrecht 5 mei 1658,
+ ald. 23 sept.1692, dr. van Peter Ruysch en Cornelia van Halewijn;
tr.2e Utrecht 13 nov.1701:
Alpheda Henrina van Luchtenburgh, ged. Utrecht 9 jan.1677,
+ ald. 27 okt.1702, dr. van Mr. Jonathan van Luchtenburgh en Sophia de Pauw;
tr.3e Utrecht 22 maart 1705:
Hillegonda Geertruida van Bergen, ged. [Amsterdam 13 jan.1673],
+ Utrecht 14 aug.1756, dr. van Mr. François van Bergen en Maria Elisabeth van Dam. //

Uit het derde huwelijk (VII. Leonard de Casembroot, x3. Hillegonda Geertruida van Bergen):

VIII. Jan Louis de Casembroot, heer van Willige Langerak, geb. Utrecht 26 febr.1709,
officier inf. in Statendienst (1747), officier inf. in Statendienst (1747)-,
laatst. luitenant-generaal 1772-, commandeur van Ieper 1763, + Breda 30 aug.1777,
tr.1e [Utrecht 2] nov.1732: Anna Constantia Margaretha Cau,
geb. Middelburg 25 febr.1712, + Breda 22 juni 1769,
dr. van Iman Cau en Elisabeth Wilhelmina de Mauregnault;
tr.2e Breda 26 april 1771: Louisa Cornelia Elisabeth Clunder,
geb. Breda 13 okt.1754, + ald. 21 maart 1822,
dr. van Cornelis Clunder en Elisabeth Provo;
zij tr.2e Utrecht 28 maart 1794:
Jan Philip Hoefft, heer van Oyen,
en tr.3e Breda 22 sept.1802:
Jean Claude Bernardin Marquis de la Valette. //

Uit het tweede huwelijk (VIII. Jan Louis de Casembroot,
x2. Louisa Cornelia Elisabeth Clunder) zijn hierna twee zonen gedoopt te Breda,
familietakken A en B met titel Jonkheer in het Nederland’s Adelsboek:
1. Leonard, ged. Breda 24 okt.1772, volgt IXa. (A) Jhr. Leonard de Casembroot (1772-1832). /
2. Samuel Otto, ged. Breda 9 febr.1776, volgt IXb. (B) Jhr. Samule Otto de Casembroot (1776-1839). //

A. IXa. Jhr. Leonard de Casembroot, ged. Breda 24 okt.1772, + Breda 6 aug.1832;
tr.1e Langbroek 24 april 1796: Johanna Catherina de Mamouchet van Westrenen,
geb. Utrecht 14 aug.1769, + Breda 9 aug.1800,
dr. van Mr. Jan Jacob de Mamouchet van Westrenen, heer van Sterkenburg en Driebergen,
en Sara Maria Vos, en wed. van Simon Jan Baptist Barchman Wuytiers;
tr. 2e Utrecht 21 juni 1801:
Adriana Johanna van Neukirchen genaamd Nijvenheim,
geb. Kaap de Goede Hoop 9 maart 1783, + Zeist 10 sept. 1835,
dr. van Carel Joost van Neukirchen genaamd Nijvenheim
en Catharina Johanna Bosch. Uit het eerste huwelijk een zoon.
Uit het tweede huwelijk behalve een zoon overleden voor de inlijving in de Nederlandse adel:
kinderen nummers 1 t/m 13. {totaal 14 kinderen familietak A. IXa.} //

B. IXb. Jhr. Samuel Otto de Casembroot, geb. Breda 9 febr.1776, burgemeester van St. Maartensdijk,
+ ald. 8 jan.1839, tr. Breda 27 aug.1804: Wilhelmina de Haan, geb. Breda 19 maart 1781,
+ St. Maartensdijk 5 aug.1856, dr. van Leonardus de Haan en Antonia Hoppenbrouwers.
Uit dit huwelijk: zes kinderen {betreft totaal 6 kinderen familietak B. IXb.} //

N.B.: Generatie IX volgt dus met twee familietakken A en B met 14 en 6 is totaal 20 kinderen.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

TAK A.

A. IXa. Jhr. Leonard de Casembroot (1772-1832), ged. Breda 24 okt.1772,
kanunnik van St.-Marie te Utrecht, intendant 2e kl., agent Departement van Oorlog in Overijssel,
vrederechter te Wijk bij Duurstede1811-1812 regent Ewoud- en Elisabeths-Gasthuis
te Wijk bij Duurstede 1802-1816, + Breda 6 aug.1832;
tr.1e Langbroek 24 april 1796: Johanna Catherina de Mamouchet van Westrenen,
geb. Utrecht 14 aug.1769, + Breda 9 aug.1800,
dr. van Mr. Jan Jacob de Mamouchet van Westrenen, heer van Sterkenburg en Driebergen,
en Sara Maria Vos,
en wed. van Simon Jan Baptist Barchman Wuytiers;
tr. 2e Utrecht 21 juni 1801: Adriana Johanna van Neukirchen genaamd Nijvenheim,
geb. Kaap de Goede Hoop 9 maart 1783, + Zeist 10 sept. 1835,
dr. van Carel Joost van Neukirchen genaamd Nijvenheim, en Catharina Johanna Bosch.

Uit het eerste huwelijk:

1. Jean Louis, volgt Xa. Jhr. Jean Louis de Casembroot, geb. Breda 30 jan.1798.

Uit het tweede huwelijk (behalve een zoon overleden voor de inlijving in de Nederlandse adel):

2. Eduard Cornelis, volgt Xb.
Xb. Jhr. Eduard Cornelis de Casembroot, geb. Utrecht 26 aug.1803.

3. Jkvr. Jacoba Elbertina de Casembroot, geb. Wijk bij Duurstede 25 aug.1805,
+ Luik 17 sep.1828, tr. Zutphen 27 sep.1824:
Prof.Dr. Rijk van Rees, geb. Nijmegen 4 jun.1797, phil.dr., hoogleraar philosofie
te Luik en Utrecht, + Utrecht 23 aug.1875,
zn. van Otto van Rees en Jacoba Hendrika Hallingh;
hij hertr. Muiden 26 nov. 1840: Woltera Elisabeth Koch.

4. Jkvr. Johanna Catharina de Casembroot, geb. Wijk bij Duurstede 1 nov. 1807,
+ Enkhuizen 26 jun.1875; tr. Terheyden 27 mei 1833:
Ds. Dirk Willem de Roo, geb. Rotterdam 4 dec.1806, hervormd predikant
te Moerdijk 1831-, Enkhuizen 1837-1872, + ald. 31 mei 1883,
zn. van Leonardus Wilhelmus de Roo en Johanna Cornelia Aansorgoud.

5. Jhr. Leonard de Casembroot, geb. Wijk bij Duurstede 28 mei 1809,
officier inf., laatst. kapitein O.I.L. 1841-+, hij + Muntok (Banka) 3 nov.1850.

6. Jhr. Carel Joost de Casembroot, geb. Wijk bij Duurstede 2 apr.1811,
luitenant-ter-zee 1e kl., + Stuttgart 7 mei 1892.

7. Jkvr. Louisa Cornelia Elisabeth de Casembroot, geb. Wijk bij Duurstede 26 jan.1814,
+ huize Borgvliet, Terheyden 20 aug.1831.

8. Jhr. Willem Coenraad Antoine Jean de Casembroot, geb Wijk bij Duurstede 25 jun.1815,
vestigde zich in Frankrijk, + onbekend.

9. François, volgt Xc.
Xc. Jhr. François de Casembroot (R.M.W.O.3, R.N.L., O.E.K.), geb. Luik 26 jul.1817.

10. Jkvr. Henriette Otteline de Casembroot, geb. Luik 22 nov.1819,
+ ‘s-Gravenhage 9 jan.1892;
tr.1e. Utrecht 8 mei 1840:
Mr. Johan Hora Siccama, geb. Groningen 18 aug.1802, griffier Hoog Militair Gerechtshof,
+ huize Meer en Berg, Bloemendaal 2 okt.1853,
zn. van Harco Hilarius Hora Siccama, en Amelia Carolina Falck;
tr.2e. Zeist 15 jun.1857:
Hendrik Wipf (R.M.W.4, R.N.L.), geb. Loenen 10 feb.1804, vice-admiraal, commandant
Kon. Instituut voor de Marine te Willemsoord, + Zeist 6 maart 1866,
zn. van Benedictus Wipf, en Jeane Plumettoz.

11. Jkvr. Eleonora Adrienne de Casembroot, geb. Deventer 24 aug.1820, + Utrecht 10 dec.1856;
tr. Utrecht 21 sep.1843:
Mr. Carel Willem Emile Catharinus baron de Geer, geb. Haarlem 4 nov.1820,
burgemeester van Bunnik, Odijk en Werkhoven 1846-1850,
kameraar 1850- en later hoogheemraad van de Lekdijk-Bovendams, + Brussel 24 feb.1900,
zn. van Jhr. Jan Floris Anne, en Jkvr. Regina Catharina Huyghens;
hij tr.2e. Elberfeldt (Rheinland) 3 dec.1858: Selma von der Heydt;
en tr.3e. Linschoten 27 sep.1888: Maria Margaretha Schreinemakers.

12. Jhr. Albert Jean Louis de Casembroot, geb. huize Enschede, Gorssel 12 nov.1822,
officier art.O.I.L., laatst 1e luitenant 1842-, + Semarang (Midden-Java) 12 aug.1849.

13. Otto, volgt Xd.
Xd. Jhr. Otto de Casembroot, geb. huize Enschede, Gorssel 1 aug.1825.

= = = = = = = = = =

VERVOLG TAK A.

Xa. Jhr. Jean Louis de Casembroot, geb. Breda 30 jan..1798,
officier art.1815-, laatst. generaal-majoor tit. 1863-, + ‘s-Gravenhage 17 jul.1867;
tr. Bergen (Henegouwen) 6 feb.1827:
Laure Mélanie Juliette Pradier, geb. Bergen 18 aug.1802, + Elsene (Brussel) 18 mei 1859,
dr. van Jean Baptiste Martial Pradier, en Séraphine Josèphe Rouselle.

Uit dit huwelijk (de Casembroot - Pradier):

1. Jhr. Leonard de Casembroot, geb. Bergen 6 maart 1828,
2e luitenant art. O.I.L. 1847-, + 5 aug.1852.

2. Jkvr. Melanie Louise Pauline de Casembroot, geb. Amersfoort 3 mei 1831,
+ Bergen 7 dec.1918; tr. Utrecht 11 sep.1856:
Charles Auguste Benjamin Hillolyte Houzeau de Lehaie, geb. Bergen 28 jul.1832,
lid Senaat, burgemeester van Hyon, + Bergen 20 mei 1922,
zn. van Charles Joseph François Augustin, en Philippine Albertine Adèle Pradier.

3. Louis Charles Auguste, volgt XIa.

4. Jhr. Hippolyte Jena Martial de Casembroot, geb. Oisterwijk 27 sep.1839,
officier art. 1859-, laatst 1e luitenant 1861-1867, + Montreal 2 jul.1872.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

VERVOLG TAK A.

XIa. Jhr. Louis Charles Auguste de Casembroot, geb. Helvoirt 24 maart 1835,
+ Laeken 30 apr.1871; tr. Elsene 27 jul.1861:
Anne Françoise Knegtel, geb. Namen 14 sep.1836, + Sint-Gillis (Brussel) 25 nov.1911,
dr. van Augustin Corneille Knegtel, en Anne Marie Josèphe Dieudonnée Delrue.

Uit dit huwelijk (de Casembroot - Knegtel) twee zonen:

Jhr. Jean Louis de Casembroot (1863-1894)
en Jhr. Auguste de Casembroot (1866-1956),
die de Belgische nationaliteit verkregen.
Zie: O. Coomans de Brachène,
État présent de la noblesse Belge I.
(Brussel 1986) 102-105.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

VERVOLG TAK A.

Xb. Jhr. Eduard Cornelis de Casembroot, geb. Utrecht 26 aug.1803,
officier cav. O.I.L. 1840-, laatst. ritmeester 1853-, + Semarang 7 jan.1859;
tr.1e. Batavia 10 sep.1845: Johanna Philippina Clasina de Jongh,
geb. Batavia 8 feb.1822, + Salatiga (Semarang) 10 aug.1849,
dr. van Mr. Jan Willem Daniel de Jongh, en Anna Philippina Vogelaar;
tr.2e. Batavia 2 nov.1853: Jacoba Anna Maria de Jongh,
geb. Natavia 1818, + ald. 6 okt.1891, wed. van Mr. Jacobus Johannes Alix,
en zuster van zijn (Xb.) eerste echtgenote;
dr. van Mr. Jan Willem Daniel de Jongh, en Anna Philippina Vogelaar.

Uit het eerste huwelijk (van Xb. x1. Johanna P.C. de Jong) :

1. Jkvr. Marie Louise de Casembroot, geb. Salatiga 22 jun.1848,
+ ald.30 dec.1849.

Uit het tweede huwelijk (van Xb. x2. Jacoba A.M. de Jong) :

2. Jhr. Carel Joost de Casembroot, geb. Batavia 28 jun.1855,
+ ald. 22 dec.1856.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =


VERVOLG TAK A.

Xc. Jhr. François de Casembroot (R.M.W.O.3, R.N.L., O.E.K.),
geb. Luik 26 jul.1817, adjudant i.b.d. van Koning Willem III 1853-,
lid Tweede Kamer der Staten-Generaal 1866-1871 en 1875-1883,
vice-admiraal 1879-, adjudant i.b.d. van Koningin Wilhelmina 1891-,
kanselier der Nederlandse Orden 1894-, + ‘s-Gravenhage 14 apr.1895;
tr. ‘s-Gravenhage 8 sep.1852:
Jkvr. Agneta Theodora Johanna van de Poll,
geb. ‘s-Gravenhage 16 okt.1826, + ald. 21 mei 1915,
dr. van Jhr. Mr. Willem Gerrit van de Poll,
en Agneta Clasina Catharina van Stralen.

Uit dit huwelijk (de Casembroot x van de Poll) zijn vier zonen vermeld:

1. Leonard Willem, volgt XIb.
XIb. Jhr. Leonard Willem de Casembroot, geb. ‘s-Gravenhage 29 aug.1853,

2. Theodorus Carel Joost, volgt XIc.
XIc. Jhr. Theodorus Carel Joost de Casembroot, geb. ‘s-Gravenhage 17 aug.1855.

3. Jhr. Caspar Otto de Casembroot,
geb. ‘s-Gravenhage 19 aug. 1861, + ald. 15 maart 1862.

4. Jhr. Johan Lodewijk Willem de Casembroot,
geb. ‘s-Gravenhage 23 dec.1865, + Parijs 24 apr.1898;
tr. Parijs 5 apr.1893:
Anne Françoise Conquéré de Montbrison,
geb. Parijs 22 maart 1869, + ald. 1 okt.1901,
dr. van Georges, en Adrienne Emilie Drasier.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =


VERVOLG TAK A.

XIb. Jhr. Leonard Willem de Casembroot, geb. ‘s-Gravenhage 29 aug.1853,
kamerheer i.b.d. van Koning Willem III 1878-, + Cannes 14 maart 1897;
tr. Amsterdam 1 feb.1883:
Catherine Jacqueline Laure de Bruijn, geb. Amsterdam 16 okt.1858,
+ Parijs 26 dec.1893, dr. van Martinus de Bruijn,
en Marie Cornelie Georgine Conqéré de Montbrison.

Uit dit huwelijk:

1. Jkvr. Alice Marie de Casembroot, geb. huize Warnsborn, Arnhem 10 okt.1884,
+ Zeist 2 apr.1916; tr. ‘s-Gravenhage 11 jul.1907:
Louis Anne Labouchere, geb. kasteel Zuylensteyn, Leersum 21 mei 1865,
directeur Mij. tot bereiding van koolteerprodukten, + Doorn 16 okt.1936,
zn. van Mr. Charles Bernard Labouchere, heer van Zeist,
en Henriette Maria Jacoba Voombergh;
hij hertr. Haarlem 18 jul.1919:
Ludolphine Marie Anne barones van Heemstra.

2. Jkvr. Marguerite Agnes de Casembroot, geb. Pregny (Vaud) 6 jun.1886,
+ Salzburg 1968 of 1969.

3. Robert François Gérard, volgt XIIa.
XIIa. Jhr. Robert François François Gérard de Casembroot,
geb. Cannes 26 feb.1889.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =


VERVOLG TAK A.

XIIa. Jhr. Robert François François Gérard de Casembroot,
geb. Cannes 26 feb.1889, + Guernsey (Kanaaleilanden) 17 mrt.1961.

tr.1e. Wiesbaden (Hessen) 18 mei 1911 (echtsch.ingeschr. Doorn 11 mrt.1912) :
Jkvr. Maximilienne Marie Louise van Eijs, geb. ‘s-Gravenhage 24 mei 1885,
+ Baarn 25 okt.1959, dr. van Jhr. Mr. Dr. Jan Constantijn Nicolaas van Eijs,
heer van Lienden en Kermestein, en Cecilia Johanna van Hangest barones d’Yvoy.

tr.2e. Chichester (Sussex) 2 okt.1922 (door echtsch. ontb. Londen 18 okt.1926) :
Ivy Crumden Penfold, geb. Arundel (Sussex) 28 jan.1902, + Bournemouth (Dorset)
5 nov.1986, dr. van James Lear Penfold, en Ivy Crumden.

tr.3e. Guilford (Surrey) 12 mei 1936 (door echtsch.ontb. Londen 13 jun.1947) :
Ida Winifred Gray, geb. Liskeard (Cornwall) 26 apr.1902.
[Stogumber, near Taunton, Somerset],
dr. van F.J. Martin Gray, en N. Foster Rogers.

tr.4e. Morden (Surrey) 29 dec.1953:
Barbara Jessie Holmes, geb. Londen 13 dec.1888, + Guernsey 18 jun.1965,
dr. van Edward Holmes, en N.N., en eerder gehuwd geweest met N.Forbes.



= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =


VERVOLG TAK A.

XIc. Jhr. Theodorus Carel Joost de Casembroot,
geb. ‘s-Gravenhage 17 aug.1855, genaturaliseerd tot Pruis 1903,
landeigenaar, + Liegnitz (Silezië) 13 jan.1933;
tr. Kloster bij Opoc Ano (Bohemen) 9 nov.1882:
Sophia Ida Henriette Elsbeth Trautvetter,
geb. Blumrode (Bohemen) 13 jun.1863, + Breslau (Silezië) 15 aug.1927,
dr. van Rudolf Trautvetter, en Louise Freiin von Mengersen.

Uit dit huwelijk (de Casembroot, x Trautvetter) :

1. Franz Rudolf, volgt XIIb.
XIIb. Jhr. Franz Rudolf de Casembroot, geb. Tscheschkowitz (Silezië) 2 nov.1883.

2. Jkvr. Eleonore Agnes Louise de Casembroot, geb. Cnossen (Silezië) 6 aug.1888,
+ Leverkussen (Nordrhein-Westfalen) 25 feb.1970;
tr. Breslau 24 jun.1909: Dr. Carl Heinrich Windeck,
geb. Hirschberg (Silezië) 24 nov.1881, jur.dr., Regierungsdirektor te Breslau,
+ interneringskamp Praag 1945, zn. van Armin Windeck, en Anna Linke.

= = = =


VERVOLG TAK A


XIIb. Jhr. Franz Rudolf de Casembroot, geb. Tscheschkowitz (Silezië) 2 nov.1883,
kolonel art. in Duitse dienst, koopman te Stettin (Pommeren),
+ Gettorf (Schleswig-Holstein) 2 apr.1962; tr. Militsch (Silezië) 13 mei 1888,
Helene Beyer, geb. Liegnitz (Silezië) 13 mei 1888, + Stettin 10 sep.1940,
dr. van Otto Beyer, en Vally Kabitz.


= = = =


VERVOLG TAK A


Xd. Jhr. Otto de Casembroot, geb. huize Enschede, Gorssel 1 aug.1825,
+ voor 1863; tr. Antwerpen 26 aug. 1852:
Maria Theresia Bruynseels, geb. Antwerpen 31 dec.1831, + Breda 5 dec.1910,
dr. van Maria Anna Bruynseels.

Uit dit huwelijk (de Casembroot, x Bruynseels) :

Jhr. Albert Otto Jacobus Maria de Casembroot, geb. Antwerpen 15 jul.1853,
luitenant-ter-zee 2e kl. 1874-, + Breda 5 nov.1875.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =



TAK B

IXb. Jhr. Samuel Otto de Casembroot, geb. Breda 9 feb.1776,
burgemeester van St. Maartensdijk, + ald. 8 jan.1839;
tr. Breda 27 aug. 1804:
Wilhelmina de Haan, geb. Breda 19 maart 1781,
+ St. Maartensdijk 5 aug.1856,
dr. van Leonardus de Haan, en Antonia Hoppenbrouwers.

Uit dit huwelijk (de Casembroot, x de Haan) :

1. Jkvr. Louise Otteline de Casembroot,
geb. Breda 28 dec.1804, + Oosterhout 2 jan.1886;
tr. St. Maartensdijk 15 mei 1823:
Willem Johannes van Voorst Catshoek,
geb. Tholen 1 feb.1796, notaris ald. 1824-1859,
lid Prov. Staten van Zeeland 1851-1856,
+ Tholen 4 okt.1865, zn. van Marinus Antony Catshoek,
en Maria Jacoba van Voorst.

2. Jkvr. Helene Wilhelmina de Casembroot,
geb. Breda 18 jul.1806, + Bergen op Zoom 8 feb.1863;
tr.1e. te St. Annaland 15 mei 1829:
Pieter Adriaan Catshoek,
geb. Oud-Vossemeer 27 sep.1802,
burgemeester van St. Maartensdijk en Scherpenisse,
+ St. Maartensdijk 1 mei 1832,
zn. van Willem Pieter Catshoek (R.M.W.O.4),
geb. ‘s-Gravenhage 6 sep.1800, kapitein inf.,
+ Utrecht 22 nov.1859,
zn. van Willem Catshoek, en Joanna Brigitta van der Sanden.

3. Eduard August Otto, volgt Xe.
Xe. Jhr. Eduard August Otto de Casembroot (C.E.K., G.L.N.1),
geb. Oud-Vossemeer 20 jun.1812.

4. Jkvr. Constance Justine Charlotte de Casembroot,
geb. St. Maartensdijk 17 jun.1815, + Leiden 17 feb.1893;
tr. St. Maartensdijk 20 mei 1840:
Ds. Marinus Was, geb. St. Maartensdijk 4 nov.1811,
hervormd predikant te IJzendijke 1834-, te St. Maartensdijk 1841-+,
+ Leiden 25 aug.1872, zn. van François Was, en Jacoba Beyaart.

5. Jhr. Jean Louis de Casembroot, geb. Tholen 9 mei 1818,
ontvanger-griffier Waterschap St. Maartensdijk, + Tholen 10 jul.1886;
tr. St. Maartensdijk 11 jun.1844:
Cornelia Anna van der Burcht van Lichtenbergh,
geb. Overveen 6 ag.1821, + Goes 12 feb.1907,
dr. van Willem Frederik van der Burcht van Lichtenbergh,
en Maria van Steendijk.

6. François Charles, volgt Xf.
Xf. Jhr. François Charles de Casembroot, geb. Tholen 9 mei 1818.


= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =


VERVOLG TAK B.

Xe. Jhr. Eduard August Otto de Casembroot (C.E.K., G.L.N.1),
geb. Oud-Vossemeer 20 jun.1812, officier inf. 1831-,
laatst. luitenant-generaal generale staf 1863-,
minister van oorlog 1859-1862, lid Raad van State 1862-1866,
adjudant i.b.d. van Koning Willem III 1852-, gouverneur
van Prins Willem 1852-1858, + ‘s-Gravenhage 28 sep.1883;
tr. ‘s-Gravenhage 23 nov.1865:
Magdalena Rueck, geb. ‘s-Gravenhage 20 sep.1826,
+ ald. 23 jan.1899, dr. van Albertus Rueck,
en Wilhelmina van der Straten.

Uit dit huweijk (de Casembroot, x Rueck) :

Jkvr. Maria Augusta Wilhelmina de Casembroot,
geb. ‘s-Gravenhage 9 dec.1856, + Voorburg 8 jan.1936;
tr. Bergen op Zoom 29 apr.1875:
Louis Christiaan Vervooren (R.O.N.),
geb. Haarlem 24 maart 1853, officier inf. 1873-,
laatst. generaal-majoor 1910-, + Voorburg 2 jul.1939,
zn. van Joannes Vervooren, en Helena Louise Wilhelmina
Oziemblowsky.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =


VERVOLG TAK B.

Xf. Jhr. François Charles de Casembroot, geb. Tholen 9 mei 1818,
rentmeester van het Kroondomein 1865-+, lid Ridderschap
van Zeeland 1843-, lid Prov. Staten van Zeeland 1856-+,
+ Tholen 28 feb.1880; tr. Scherpenisse 13 nov.1840:
Gillina Maria Plevier Catshoek, geb. Bergen op Zoom 15 jul.1823,
+ Tholen 21 sep.1879, dr. van Willem Plevier Catshoek,
en Jacomina Cornelia van de Linde.

Uit dit huwelijk (de Casembroot, x Plevier Catshoek) :

1. Samuel Otto, volgt XId.
XId. Jhr. Samuel Otto de Casembroot,
geb. St. Maartensdijk 28 jun.1843.

2. Jkvr. Auguste Otteline de Casembroot,
geb. St. Maartensdijk 26 jul.1846, + ald. 12 sep.1846.

3. Jhr. Jean Louis de Casembroot,
geb. St. Maartensdijk 20 nov.1849, + Breda 15 nov.1863.

4. Eduard August Otto, volgt XIe.
XIe. Jhr. Mr. Eduard August Otto de Casembroot (R.N.L.),
geb. Tholen 15 jul.1860.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =



VERVOLG TAK B.

XId. Jhr. Samuel Otto de Casembroot, geb. St. Maartensdijk 28 jun.1843,
secretaris-penningmeester van het bestuur der visserijen op de Schelde
en de Zeeuwse stromen 1879, + Tholen 6 jun.1879;
tr. Tholen 11 apr.1867:
Adriana Maatje Isebree Moens,
geb. Zierikzee 2 dec.1844, + Oosterbeek 10 jul.1907,
dr. van Jan Isebree Moens, en Susanna Cornelia de Kater.

Uit dit huwelijk (de Casembroot, x Isebree Moens) :

1. Jhr. François Charles de Casembroot,
geb. Tholen 12 jan.1868, sergeant inf. in Amerikaanse dienst,
+ Pinar del Rio (Cuba) 21 jul.1900.

2. Jkvr. Gillina Maria de Casembroot,
geb. Tholen 20 maart 1869, + ald. 8 feb.1873.

3. Jan, volgt XIIc.
XIIc. Jhr. Jan de Casembroot,
geb. Tholen 21 jun.1871.

4. Jkvr. Helena Susanna Cornelia de Casembroot,
geb. Tholen 5 dec.1872, + Pretoria 27 aug.1927;
tr. Rheden (bij volmacht) 29 jun.1905:
Johannes Adrianus Pott,
geb. Barsingerhorn 19 jul.1867,
ambtenaar bureau staatssecretaris,
+ Pretoria 8 sep.1927,
zn. van Pieter Pott, en Neeltje Tromp.

5. Jkvr. Marie Jeanne de Casembroot,
geb. Tholen 1 jan.1877, + ald. 25 sep.1877.

6. Jhr. Eduard August Otto de Casembroot,
tweeling met voorgaande,
geb. Tholen 1 jan.1877, + ald. 21 sep.1877.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =


VERVOLG TAK B.

XIIc. Jhr. Jan de Casembroot, geb. Tholen 21 jun.1871,
hoofdcommies P.T.T., + Arnhem 18 sep.1864;
tr. ‘s-Gravenhage 11 sep.1900:
Caroline Wilhelmine Frederique Louiza Clarion,
geb. Velsen 20 okt.1879, + Oosterbeek 12 jul.1976,
dr. van Antoine Daniël Charles Clarion,
en Henriette Hillegonda van Oordt.

Uit dit huwelijk (de Casembroot, x Clarion) :

Jhr. Samuel Otto de Casembroot,
geb. Rotterdam 8 aug.1901, notaris te Arnhem 1956-+,
+ ald. 26 dec.1966;
tr. Rheden 23 jun.1942:
Elizabeth Krijntje Doets,
geb. Hoogeveen 24 mei 1910, + Oosterbeek 9 okt.1984,
dr. van Cornelis Doets, en Anna Cornelia Missel.


= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

VERVOLG TAK B


XIe. Jhr. Mr. Eduard August Otto de Casembroot (R.N.L.),
geb. Tholen 15 jul.1860, lid Prov. Staten 1892-,
en lid Gedep. Staten van Zeeland 1895-1919,
kamerheer i.b.d. van Koningin Wilhelmina 1920-,
+ Middelburg 21 maart 1922;
tr. Tholen 24 jun.1884:
Margaretha Adriana Wagtho,
geb. Tholen 7 jul.1860, + Middelburg 23 jun.1918,
dr. van Mr. Thomas Adriaan Waghto,
en Wilhelmina Cornelia van der Burcht van Lichtenbergh.

Uit dit huwelijk (XIe. de Casembroot, x Waghto) ;

1. Jhr. Samuël Otto de Casembroot, geb. Tholen 7 apr.1885,
commies Prov. Griffie te Middelburg, + ald. 24 mei 1953;
tr. Teteringen 11 jun.1923:
Eulalie Paulina Seraphina Aerts, geb. IJzendijke 5 feb.1883,
+ Vlissingen 28 okt.1962, dr. van Joannes Cornelis Aerts,
en Eugénie Amelia Isabella Petronella Bouwens.

2. Jkvr. Gillina Maria de Casembroot, geb. Tholen 22 nov.1887,
assistente Rijksbureau voor Kunsthist. Documentatie,
+ ‘s-Gravenhage 9 jan.1948.

3. Jkvr. Wilhelmina Cornelia de Casembroot,
geb. Middelburg 23 jan.1894, + Blaricum 26 okt.1975;
tr. ‘s-Gravenhage 1 sep.1925:
Prof. Jhr. Dr. Jacob Samuël Witsen Elias,
geb. Leiden 8 jul.1898, litt. dr. Utrecht 1937,
kunsthistoricus, buitengewoon hoogleraar
kunstgeschiedenis Landbouwhogeschool,
+ Eemnes 25 aug.1977,
zn. van Jhr. Pieter Witsen Elias,
en Margaretha Elisa Hosang.

4. Jhr. Mr. Auguste François Charles de Casembroot
(R.N.L., C.O.N.), geb. Middelburg 17 dec.1906,
burgemeester van Westkapelle 1932-1940 en 1946-1948,
commissaris der Koningin in Zeeland 1948-+,
+ Utrecht 10 feb.1965;
tr. Gorssel 14 sep.1932:
Sophie Constance barones van der Feltz,
geb. Elst (Gld.) 7 dec.1908,
dr. van baron Theodoor Eliza Jacobus van der Feltz,
en Salcoba Tromp Meesters.
[Gapinge]

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =




= = = =

NA: Nederland’s Adelsboek, jrg.1 (1903), e.v., uitg.CBG.; > jaargang 81 (1990/1991),p.75,e.v.,t/m.94. DE CASEMBROOT, p.94. Literatuur. Genealogie: J. Gaillard, Bruges et le Franc ou leur magistrature et leur noblesse 4 (Brugge 1860) 378-388. / Levensberichten: (IV, V, VIII) in: A.J. van der Aa, Biographisch woordenboek der Nederlanden 3 (Haarlem z.j.) 216-219; (Xc) in N.N.B.W. 3 (Leiden 1914) 206-208; (IV, V, VIII, Xc, Xe) in N.N.B.W. 7 (Leiden 1927) 281-284; (VI, IXa, Xa, zn. van XIa) in N.N.B.W. 8 (Leiden 1930) 262-264. / Familiepapieren. ---. // p.77.: Inleiding. Bij K.B. d.d.15 april 1815, nr.17, werd Leonard de Casembroot (IXa) ingelijfd in de Nederlandse adel. Bij K.B. d.d.17 okt.1838, nr.94, werd Samuel Otto de Casembroot (IXb) erkend in de Nederlandse adel. Bij K.B. d.d.28 dec.1881, nr.27, werd, met wijziging van het K.B. van 15 april 1815, nr.17, jonkheer F. de Casembroot (Xc) erkend in de Nederlandse adel (vervallen wegens niet lichten). Bij K.B. d.d.8 febr.1892, nr.38, werd F. de Casembroot (Xc) erkend en werd hem verleend de titel van baron. Bij k.B. d.d.2 mei 1892, nr.24, werd t.a.v. F. baron de Casembroot (Xc) het K.B. van 8 febr.1892, nr.38, voorzover het de verlening van de titel baron betrof, ingetrokken.
Stamreeks.

I. Caspar Casembroot Ottozn (Gaspard Casebon), geb. Fossano (Piemonte), vestigde zich omstr.1430 te Damme, + Brugge 24 sept.1543, tr. Brugge: Marie Reyphins, begr. Brugge (St.Donastiaan). //

II. Lenaert Casembroot, geb. Brugge 3 maart 1451, raad 1480, schepen 1482, 1488 van Brugge, + ald.16 okt.1514, tr. Brugge 10 aug.1484: Barbe Clémence van Nieuwkerke, dr. van Clemens van Nieuwkerke en N.N. //

III. Mr. Lenaert Casembroot, geb. Brugge 2 nov.1495, j.u.d., schepen 1542, 1544, 1545, 1547, 1549, 1552, 1556, raad 1548, 1550, 1554, 1555, hoofdman 1551, burgemeester 1557 van Brugge, + ald.26 dec.1558, tr.1e 1526: Marie Reyvaert, + Brugge omstr.1530, dr. van Jacob Reyvaert en N.N.; tr 2e Brugge: Godelieve Brest, + ald.8 aug.1570, dr. van Joos Brest en Marie van Hecke. //

Uit het tweede huwelijk (III. Mr. Lenaert Casembroot, x2. Godelieve Brest):
IV. Mr. Leonard Casembroot, student te Leuven 1558, pensionaris van Brugge omstr.1560, burgemeester van Brugge, lid Raad van Vlaanderen 1572-, raad in het Hof van Holland en Zeeland 1573-+, ambassadeur Staten-Generaal 1573-1576, + ‘s-Gravenhage 7 maart 1604, tr. Cornelia (van) Poppe, geb.1545, + (begr. ‘s-Gravenhage 17 nov.) 1635, dr. van Vincent (van) Poppe en N.N. //

V. Samuel de Casembroot, heer van Ter Moer, geb. ‘s-Gravenhage 22 dec.1582, officier inf. in Statendienst 1607-, laatst. luitenant-kolonel 1628-1637, commandant van Sluis 1622, schepen 1624 en burgemeester van ‘t Vrije van Sluis, + Sluis (begr. 27 maart) 1658, tr.1e Anna Romeyns, geb.15 jan.1591, + Sluis 3 febr.1628, dr. van Charles Romeyns en Anna de Boodt; tr.2e Anna van Dueren. //

Uit het eerste huwelijk (V. Samuel de Casembroot, x1. Anna Romeyns):

VI. Johan de Casembroot, heer van ter Moere en Rijnesteyn, en van Willige Langerak 1671-, geb. Sluis 26 jan.1625, schepen van ‘t Vrije van Sluis 1644, 1658, raad van Utrecht, gecommitteerde in de Generaliteitsrekenkamer, + Utrecht 5 jan.1681, tr. Utrecht 25 mei 1653: Charlotte van Ledenberg, vrouwe van Willige Langerak 1684, geb. Utrecht 22 april 1630, + ald. 19 maart 1700, dr. van Johan Gilliszn van Ledenberg, heer van Willige Langerak, en Johanna van Sypesteyn. //

VII. Leonard de Casembroot, heer van Ter Moer, Rijnesteyn, Willige Langerak en Coquelmonde, ged. (geref.) Utrecht 11 okt. 1660, raad, schepen 1711 van Utrecht, gecommitteerde in de Raad van State 1714-, ontvanger der generaliteitsmiddelen, ontvanger van de 20e en 40e penning in de provincie Utrecht, + Utrecht 29 maart 1719, tr.1e (ondertr. Utrecht 31 jan.) 1692: Cornelia Dorothea Ruysch, vrouwe van Wayestein, ged. Utrecht 5 mei 1658, + ald. 23 sept.1692, dr. van Peter Ruysch en Cornelia van Halewijn; tr.2e Utrecht 13 nov.1701: Alpheda Henrina van Luchtenburgh, ged. Utrecht 9 jan.1677, + ald. 27 okt.1702, dr. van Mr. Jonathan van Luchtenburgh en Sophia de Pauw; tr.3e Utrecht 22 maart 1705: Hillegonda Geertruida van Bergen, ged. [Amsterdam 13 jan.1673], + Utrecht 14 aug.1756, dr. van Mr. François van Bergen en Maria Elisabeth van Dam. //

Uit het derde huwelijk (VII. Leonard de Casembroot, x3. Hillegonda Geertruida van Bergen):

VIII. Jan Louis de Casembroot, heer van Willige Langerak, geb. Utrecht 26 febr.1709, officier inf. in Statendienst (1747), officier inf. in Statendienst (1747)-, laatst. luitenant-generaal 1772-, commandeur van Ieper 1763, + Breda 30 aug.1777, tr.1e [Utrecht 2] nov.1732: Anna Constantia Margaretha Cau, geb. Middelburg 25 febr.1712, + Breda 22 juni 1769, dr. van Iman Cau en Elisabeth Wilhelmina de Mauregnault; tr.2e Breda 26 april 1771: Louisa Cornelia Elisabeth Clunder, geb. Breda 13 okt.1754, + ald. 21 maart 1822, dr. van Cornelis Clunder en Elisabeth Provo; zij tr.2e Utrecht 28 maart 1794: Jan Philip Hoefft, heer van Oyen, en tr.3e Breda 22 sept.1802: Jean Claude Bernardin Marquis de la Valette. //

Uit het tweede huwelijk (VIII. Jan Louis de Casembroot, x2. Louisa Cornelia Elisabeth Clunder):
1. Leonard, volgt IXa. (A). / 2. Samuel Otto, volgt IXb. (B). //

A. IXa. Jhr. Leonard de Casembroot, ged. Breda 24 okt.1772, + Breda 6 aug.1832;
tr.1e Langbroek 24 april 1796: Johanna Catherina de Mamouchet van Westrenen, geb. Utrecht 14 aug.1769, + Breda 9 aug.1800, dr. van Mr. Jan Jacob de Mamouchet van Westrenen, heer van Sterkenburg en Driebergen, en Sara Maria Vos, en wed. van Simon Jan Baptist Barchman Wuytiers; tr. 2e Utrecht 21 juni 1801: Adriana Johanna van Neukirchen genaamd Nijvenheim, geb. Kaap de Goede Hoop 9 maart 1783, + Zeist 10 sept. 1835, dr. van Carel Joost van Neukirchen genaamd Nijvenheim en Catharina Johanna Bosch. Uit het eerste huwelijk een zoon. Uit het tweede huwelijk behalve een zoon overleden voor de inlijving in de Nederlandse adel: kinderen nummers 1 t/m 13. {= totaal 14 kinderen van A. IXa.} //

B. IXb. Jhr. Samuel Otto de Casembroot, geb. Breda 9 febr.1776, burgemeester van St. Maartensdijk, + ald. 8 jan.1839, tr. Breda 27 aug.1804: Wilhelmina de Haan, geb. Breda 19 maart 1781, + St. Maartensdijk 5 aug.1856, dr. van Leonardus de Haan en Antonia Hoppenbrouwers. Uit dit huwelijk: zes kinderen. //

= = = = = = = = = = = = = = = = =

Biographisch woordenboek der Nederlanden, door J.A. de Chalmot, uitg.1794: CASEMBROOT (JAN), afkomstig uit een doorlugtig geslagt dat oirspronkelijk in Piemont te huis hoorde, en tot hoog aanzien in Flaanderen is geraakt, en vervolgens in de Nederlanden, alwaar nog afstammelingen daar van worden gevonden, was een zoon van LEONARD CASEMBROOT, Burgemeester te Brugge; en van GODELIEVE BREST; (...).

Biographisch woordenboek der Nederlanden, door A.J. van der Aa, uitg.1852, 1855, 1858: CASEMBROOT (JAN DE), Heer van Backerzeele, Zellick, Cobbegem, Berchum en Fenain, afkomstig uit een doorluchtig geslacht (1), en zoon van Leonard de Casembroot, Burgemeester te Brugge, en van Maria Reyvaert. (...). (1.) : “Het geslacht de Casembroot of, zoo als sommigen zich schreven, Kaezembrood, was afkomstig uit Piemont, en schreef zich eerst Caesabon of Kaezabon; doch een van dit geslacht, Caspar Caesabon, verkocht alle zijne goederen, huis en erve, liggende bij Torato in Piemont, en is uithoofde van de oorlogen en beroerten, aldaar heerschende, met huisvrouw en kinderen naar Vlaanderen vertrokken. Hij vestigde zich eerst te Damme en daarna te Brugge, waar hij zijnen naam in de Casembroot veranderde, en den 30 September 1443 overleed.”

(In Dutch literature.) 1e generatie: CASPAR, zoon van OTTO, geboren in Piemond, quam ten tyde van Philips den Goede, Hertoghe van Burgongne, wonen tot Damme, in Vlaanderen omtrent den jaare 1430, en van daar binnen de Stad Brugge, alwaar hy troude Marie Reiphins, en wierde genaamt CASEMBROOT. Hy is overleden den 30 Sept 1453, ligt in St Doncice Kercke begraven. Heeft verwekt 4 kinderen.

(In French literature) GASPARD CASEBON, fils d’Othon, naquit à Fossano, en Piémont, et vint vers 1430 s’établir à Damme. Il prit nom CASEMBROOT; s’allia à Bruges, avec MARIE REYPHINS; résida depuis en cette ville, et mourut le 24 Septembre 1453. Il fut enseveli en l’église collégiale de St-Donat, et laissa:
1º. Gaspard Casembroot, mort le 14 Mars 1453, à l’âge de 14 ans.
2º. Othon Casembroot, trépasse le 2 Août âgé de 13 ans.
3º. Marie Casembroot, qui fut reçue religieuse au couvent des carmélites de Sion, le 19 Juin 1478.
4º. Léonard Casembroot, naquit le 3 Mars 1451; qui suit.

Sint-Donaaskerk of Sint-Donaas kathedraal in Brugge was de hofkerk van de graven van Vlaanderen. In de periode 1559-1800 de bisschopszetel van het bisdom en de belangrijkste kerk van Brugge. Dit sinds ongeveer 1800 verdwenen kerkgebouw stond op de omwalde Burg naast de residentie van de graaf en tegenover het stadhuis van Brugge. De fundamenten van deze voormalige kerk liggen onder het Crowne Plaza Burghotel in Brugge; betreft een deel van de ruïnes van de Sint-Donaaskathedraal in Brugge, geïntegreerd in de kelderverdieping van het hotel.

dbnl.org/tekst/_que002200401_01/_que002200401_01.pdf => 27/321 (tekst blz.20.) Toen de Italiaan Gaspard Casebon zich omstreeks 1430 vestigde te Damme, werd zijn naam meteen (ironiserend?) verbasterd tot Casenbroot. Na zijn huwelijk te Brugge vestigde hij zich aldaar, waar de naam sindsdien veelvuldig voorkomt. Maar ook reeds voor de komst van Casebon is de naam in Brugge geattesteerd (Pieter Casenbroot, 1426, zie De Flou 1926, VI, k. 1040).

NA: Nederland’s Adelsboek, jrg.1 (1903), e.v., uitg.CBG.; > jaargang 81 (1990/1991),p.75,e.v.,t/m.94. DE CASEMBROOT, p.94. Literatuur. Genealogie: J. Gaillard, Bruges et le Franc ou leur magistrature et leur noblesse 4 (Brugge 1860) 378-388. / Levensberichten: (IV, V, VIII) in: A.J. van der Aa, Biographisch woordenboek der Nederlanden 3 (Haarlem z.j.) 216-219; (Xc) in N.N.B.W. 3 (Leiden 1914) 206-208; (IV, V, VIII, Xc, Xe) in N.N.B.W. 7 (Leiden 1927) 281-284; (VI, IXa, Xa, zn. van XIa) in N.N.B.W. 8 (Leiden 1930) 262-264. / Familiepapieren. ---. // p.77.: Inleiding. Bij K.B. d.d.15 april 1815, nr.17, werd Leonard de Casembroot (IXa) ingelijfd in de Nederlandse adel. Bij K.B. d.d.17 okt.1838, nr.94, werd Samuel Otto de Casembroot (IXb) erkend in de Nederlandse adel. Bij K.B. d.d.28 dec.1881, nr.27, werd, met wijziging van het K.B. van 15 april 1815, nr.17, jonkheer F. de Casembroot (Xc) erkend in de Nederlandse adel (vervallen wegens niet lichten). Bij K.B. d.d.8 febr.1892, nr.38, werd F. de Casembroot (Xc) erkend en werd hem verleend de titel van baron. Bij k.B. d.d.2 mei 1892, nr.24, werd t.a.v. F. baron de Casembroot (Xc) het K.B. van 8 febr.1892, nr.38, voorzover het de verlening van de titel baron betrof, ingetrokken.
Stamreeks.

I. Caspar Casembroot Ottozn (Gaspard Casebon), geb. Fossano (Piemonte), vestigde zich omstr.1430 te Damme, + Brugge 24 sept.1543, tr. Brugge: Marie Reyphins, begr. Brugge (St.Donastiaan). //

II. Lenaert Casembroot, geb. Brugge 3 maart 1451, raad 1480, schepen 1482, 1488 van Brugge, + ald.16 okt.1514, tr. Brugge 10 aug.1484: Barbe Clémence van Nieuwkerke, dr. van Clemens van Nieuwkerke en N.N. //

III. Mr. Lenaert Casembroot, geb. Brugge 2 nov.1495, j.u.d., schepen 1542, 1544, 1545, 1547, 1549, 1552, 1556, raad 1548, 1550, 1554, 1555, hoofdman 1551, burgemeester 1557 van Brugge, + ald.26 dec.1558, tr.1e 1526: Marie Reyvaert, + Brugge omstr.1530, dr. van Jacob Reyvaert en N.N.; tr 2e Brugge: Godelieve Brest, + ald.8 aug.1570, dr. van Joos Brest en Marie van Hecke. //

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

(In Dutch literature.)
1e generatie: CASPAR, zoon van OTTO, geboren in Piemond, quam ten tyde van Philips den Goede, Hertoghe van Burgongne, wonen tot Damme, in Vlaanderen omtrent den jaare 1430, en van daar binnen de Stad Brugge, alwaar hy troude Marie Reiphins, en wierde genaamt CASEMBROOT. Hy is overleden den 30 Sept 1453, ligt in St Doncice Kercke begraven. Heeft verwekt 4 kinderen.

(In French literature) GASPARD CASEBON, fils d’Othon, naquit à Fossano, en Piémont, et vint vers 1430 s’établir à Damme. Il prit nom CASEMBROOT; s’allia à Bruges, avec MARIE REYPHINS; résida depuis en cette ville, et mourut le 24 Septembre 1453. Il fut enseveli en l’église collégiale de St-Donat, et laissa:
1º. Gaspard Casembroot, mort le 14 Mars 1453, à l’âge de 14 ans.
2º. Othon Casembroot, trépasse le 2 Août 1453, âgé de 13 ans.
3º. Marie Casembroot, qui fut reçue religieuse au couvent des carmélites de Sion, le 19 Juin 1478.
4º. Léonard Casembroot, naquit le 3 Mars 1451; qui suit.